Het is als zorgverlener altijd fijn om waardering te krijgen van patiënten en familieleden, maar soms komen mooie gebaren extra binnen. Oncologieverpleegkundige Noah ontving een bijzonder bericht na het overlijden van een patiënt. Ze vertelt erover in deze zorg blog.
“Noah, er is post voor jou gekomen”, hoor ik de secretaresse door de telefoon zeggen. Ik vraag me gelijk af wie mij post moet sturen op mijn werk. Ik heb dan ook echt geen idee wat ik kan verwachten, maar mijn eerste gedachte gaat uit naar folders van een of ander symposium of een tijdschrift ergens van. Maar niets is minder waar.
Een persoonlijk bericht
Het is een handgeschreven kaartje. Mijn hart gaat een klein beetje sneller kloppen en ik ben erg benieuwd wie mij nou persoonlijk een kaartje stuurt. We krijgen als afdeling veel bedankkaartjes van patiënten die bij ons opgenomen zijn geweest of chemokuren hebben gehad en de laatste hebben afgerond. Maar die zijn normaal aan het hele team gericht.
Op het kaartje staat in sierlijke letters het volgende geschreven: “Een maand geleden was jij de verpleegkundige die erbij was toen mijn allerliefste mama overleed. Ik wil je graag bedanken voor de manier en de vanzelfsprekendheid waarop jij voor haar zorgde en we haar samen hebben verzorgd na haar overlijden. Het is voor mij een heel dierbare herinnering. Dankjewel daarvoor.”
Op het moment dat ik deze lieve woorden lees, krijg ik een brok in mijn keel. Ik kan me dit overlijden nog goed herinneren. Het was midden in de nacht en dat is altijd al bijzonder omdat je dan net wat meer tijd hebt voor begeleiding en je er dan ook echt daadwerkelijk bij bent en net wat meer meeleeft.
Extra waardevol
Maar dat was voor mij niet het enige bijzondere. Het was namelijk het eerste overlijden midden in de nacht na een vreselijk heftige gebeurtenis. Eerder die maand had ik ook nachtdiensten en overleed er een man na mijn morfine toediening. De man was helemaal op en had gestreden tot het einde. Dat kon je echt zien. Toch was zijn vrouw woedend op mij.
Zo woedend dat ze mij aanvloog, naar mijn keel greep en mij uitschold voor de meest nare dingen die je maar kan bedenken. Volgens haar was het mijn schuld dat haar man nu dood was. De morfine zou de boosdoener zijn geweest. En ergens snap ik haar handelen uit emotie, maar ook daarin zijn er grenzen.
Deze gebeurtenis speelde zich ook midden in de nacht af. Omdat je dan met minder collega’s bent, voelde ik me op dat moment alleen en kwetsbaar. Uiteraard hebben we deze gebeurtenis nabesproken met een grote groep van meerdere disciplines maar het speelde toch in mijn achterhoofd toen een maand later deze mevrouw midden in de nacht overleed.
Ik handelde die nacht zoals ik altijd zou doen bij een overlijden. Ik gaf haar naaste uitleg en een luisterend oor, ik verzorgde haar zoals ik altijd bij een terminale patiënt zou doen: voor en ook na het overlijden. Het maakt dan ook een indruk op mij dat dit door de dochter zó gewaardeerd werd dat het zelfs een fijne herinnering is geworden. Het geeft mij weer wat meer zelfvertrouwen en daar ben ik trots op.