Verpleegkundige Amy ontmoet de 48-jarige Linda samen met haar 24-jarige zoon Lars tijdens haar opname in het zorgpension waar zij werkt. Na een week van chemotherapie is Linda opgenomen om aan te sterken van haar intensieve behandelingen. Dit is hun verhaal.
Linda is vier maanden geleden gediagnosticeerd met uitgezaaide mammacarcinoom. Helaas is genezing niet meer mogelijk, wel ondergaat ze levensverlengende chemotherapie en bestralingen. De ziekte en de therapieën zijn een grote aanslag op haar lichaam. Naast energieverlies heeft Linda veel pijn ten gevolge van haar bot- en hersensmetastasen.
Hulpeloos
Tijdens het opnamegesprek zie ik de zieke, tengere vrouw met een grote, stoere jonge man naast haar. Ik ben onder de indruk van de relatie tussen moeder en zoon die ik letterlijk voel in de kamer. Met liefde en zorg kijken ze naar elkaar en vertellen ze over hun bijzondere band. “We zijn al zolang met z’n tweeën en we zorgen gewoon voor elkaar”, vertelt Linda.
In de week die volgt wordt Linda steeds zieker. De hersenmetastasen hebben als gevolg dat de druk in haar hersenen stijgt en dit zorgt voor ondragelijke hoofdpijn. Die week worden er meerdere interventies ingezet met als doel om Linda comfort te bieden, helaas mogen de interventies nog niet het gewenste effect hebben. Tijdens een avonddienst tref ik Linda schreeuwend en in paniek van de pijn aan, met naast haar een ontredderde Lars. De hulpeloosheid is confronterend zichtbaar in haar ogen. Het doen van ademhalingsoefeningen en het geven van extra medicatie zorgt ervoor dat de pijn op dat moment iets dragelijker wordt.
Het is oké, mam
Met z’n drieën praten we die avond over het lijden wat Linda ervaart en Lars ziet. Moeder en zoon bespreken het doel van de levensverlengende behandelingen en wat deze behandelingen Linda kost. Samen zien ze de rauwe realiteit van hun leven onder ogen. Ik beantwoord hun vragen en luister met een brok in mijn keel naar deze twee moedige mensen. Na een lange stilte, die meer zegt dan duizend woorden, breekt Lars de stilte door te zeggen: “Het is oké, mam. Als dit je grens is, dan is het oké.”
Lars had de kracht en de moed om de woorden te vinden die zijn moeder niet kon uitspreken. Ik kan me niet voorstellen hoe moeilijk dat voor hem geweest moet zijn. Ik denk nog regelmatig terug aan dit gesprek, de eerlijkheid en de kwetsbaarheid ervan hebben mij geraakt. Lars en Linda hebben mij geleerd dat loslaten ook een vorm van liefde is. Misschien wel de meest intense vorm van liefde.