Fabienne werkt als coördinerend verpleegkundige somatiek bij een organisatie binnen de gehandicaptenzorg. Op verschillende woon- en dagbestedingslocaties krijgen mensen met een beperking zorg, ondersteuning en advies. Ze legt uit waar ze tegenaan loopt en hoe we deze zorg toegankelijker kunnen maken.
Binnen de zorg van Fabiennes organisatie valt geen behandeling, daarom is er geen eigen arts in huis. Ze werken dan ook veel samen de verschillende huisartsen in de omgeving. “Daar lopen we soms wel tegen moeilijkheden aan, omdat onze doelgroep er eentje is waar de huisarts iets minder mee te maken krijgt”, legt Fabienne uit. “Je gaat vaak voor lichamelijke klachten naar een huisarts, maar hier komt ook een stukje gedrag of verstandelijke beperking bij kijken. Daar hebben huisartsen niet altijd voor geleerd. Soms geeft een huisarts zelf al aan dat ze het ingewikkeld vinden om zich in te leven in de belevingswereld van een cliënt met een verstandelijke beperking.” Iets wat Fabienne wel heel logisch vindt, aangezien de doelgroep zo divers is en het niveau van functioneren ontzettend uiteenloopt.
Een ander groot probleem is de onderlinge communicatie. “De huisarts is een externe zorgverlener en dat zorgt regelmatig voor verwarring. Vaak zijn wij voor cliënten of hun familie de plek waar ze met vragen terecht kunnen, maar in sommige gevallen belandt de informatie van de huisarts tussen wal en schip. Het is voor ons soms lastig om alle informatie te krijgen, terwijl we dat wel nodig hebben om goede zorg te verlenen. Niet alleen om de cliënten en hun omgeving te informeren, maar ook om aandachtspunten vast te stellen”, voegt ze er nog aan toe.
Van huisarts naar cliënt
Maar is het dan niet belangrijk om de huisarts meer tools te geven om hun zorg aan te laten sluiten op de belevingswereld van cliënten met een verstandelijke beperking? “Ja, zeker”, geeft Fabienne aan. “In de meest ideale wereld wel, maar in de realiteit is het lastig. De huisarts heeft het ontzettend druk en heeft te maken met zo ontzettend veel verschillende mensen. Het is in veel gevallen onmogelijk om hier nog tijd voor te vinden, wij kunnen dat ook niet altijd verwachten.”
Een andere belemmering die Fabienne noemt, heeft te maken met de reden waarom ze zoveel plezier heeft in haar baan: diversiteit. “De gehandicaptenzorg is een ontzettend brede sector. Dat is een ontzettend motiverende uitdaging, maar ook complex. Het liefst zou je willen dat je een soort startpunt kan opstellen voor huisartsen, maar de een is de ander niet. Elk mens is anders, je kan er geen handleiding voor schrijven.”
Om met het tijdgebrek bij huisartsen om te gaan, noemt Fabienne dat het niet per se de huisarts zelf hoeft te zijn die beschikt over de verschillende manieren van communiceren wanneer er een verstandelijke beperking in beeld is. “Vaak hangen er ook praktijkondersteuners of andere functies vast aan huisartsenpraktijken. Misschien – maar dat weet ik natuurlijk ook niet zeker – is dat iemand die een oogje in het zeil kan houden.” Als er zowel vanuit de huisartsenpraktijk als vanuit de zorginstellingen iemand is die de lijntjes kort houdt, dan heeft het meer kan van slagen.
Zorgverleners onderling
Een andere oplossing ligt misschien in de veelzijdigheid van de zorginstelling zelf. “De huisarts heeft het erg druk, dus het zou fijn zijn als we zelf ook over een grote kennis en expertise beschikken.” Dat is onder andere waarom Fabiennes functie in het leven is geroepen. “Mijn functie als coördinerend verpleegkundige somatiek bestaat nog maar een jaar. We zagen steeds meer cliënten met chronische lichamelijke klachten binnen onze organisatie. Je kan dan in al die afzonderlijke gevallen proberen om de lijntjes naar derden te verscherpen, of je schoolt jezelf.”
Nog steeds geldt dat de organisatie waarin Fabienne werkt geen behandelingen opstelt, maar zo is er wel een centraal aanspreekpunt voor cliënten én zorgverleners. “We hebben de afgelopen jaren veel gefocust op het bijscholen. De meeste medewerkers hier hebben een agogische- of pedagogische achtergrond, maar de communicatie met de huisarts gaat vaak over lichamelijke dingen. Als wij een grotere basiskennis hebben, dan maken we het voor de huisarts makkelijker om met ons te sparren.”
Fabienne vertelt over een recent voorbeeld, een gesprek waarin al die facetten samen kwamen. Dat ging om een patiënt met veel lichamelijke klachten waar Fabienne al langere tijd bovenop zat. “Ik heb toen een gesprek aangevraagd waar de cliënt, de huisarts en ikzelf bij aanwezig waren. De arts pakte al zijn informatie erbij, wij al onze informatie. Dan is het een kwestie van alles op een rijtje zetten. Waar staan we nu en wat kunnen we nog verwachten? Waar kan onze organisatie op inzetten? Waar hebben we hulp bij nodig? Het revalideren – iemand vaker uit bed krijgen en regelmatig bewegen – is bijvoorbeeld een factor waar wij best veel in kunnen bieden. We hebben de cliënt vanaf dat moment echt doelgericht kunnen helpen en dan zie je dat iemand zoveel sneller herstelt.” Dit geeft voor een cliënt ook een positief gevoel en doel, legt ze uit.
Codewoord is communicatie
Het afgelopen jaar zag Fabienne meerdere cliënten met vrij complexe somatische klachten. “We konden dan niet doelgericht ondersteunen omdat we steeds maar kleine hapjes informatie kregen. Dan kwam ik er pas twee weken later achter dat een arts in het ziekenhuis eigenlijk wilde dat we dagelijks zouden blaasspoelen. Dat is zonde, want voordat wij die informatie kregen, waren we in dit geval twee belangrijke weken verder. Dan moet ik de lijn tussen ons en een hoofdbehandelaar dus uitstippelen. In de hoop dat zoiets niet weer gebeurt”, vertelt ze.
“Het vervelende aan dit soort situaties is dat het voor de cliënt zelf vaak ook veel prikkels oplevert. Het kan voor iedereen onoverzichtelijk of ingewikkeld zijn om tijdens een gesprek met een arts ook nog de juiste vragen te stellen, maar dat is voor onze cliënten al helemaal het geval. Ik denk dat we ontzettend veel meer kunnen bereiken als we inzetten op die communicatie. Het is zo duidelijk te zien dat cliënten veel beter af zijn als alle zorgverleners direct contact met elkaar hebben. Het zou mooi zijn als we niet meer achter de feiten aan lopen, maar behandelingen zijdelings kunnen inzetten.” Zo hoopt Fabienne dat de zorg steeds toegankelijker wordt voor mensen met een verstandelijke beperking. Iets wat begint bij bewustzijn en de wil om te leren.