De man naast mij in het vliegtuig vertelt dat hij een gezellig aantal drankjes op heeft terwijl hij stond te wachten op de luchthaven. Hij praat de oren van mijn hoofd. Af en toe kijkt hij stukjes film die hij vervolgens al vlug op pauze zet om me voor de duizendste keer op de hoogte te stellen van de koude airco en de te dunne dekentjes. Na zijn temperatuurtirade begint de toiletterreur. Na lang wikken en wegen beluit hij dat hij toch maar even gaat, ook al mogen we niet opstaan omdat we turbulentie hebben. In de tien tot vijftien minuten waarin hij zich opsluit in het veel te kleine wc-tje heb ik even de tijd om terug de denken aan de afgelopen maand.
Vier weken geleden zat ik ook in het vliegtuig. Toen vloog ik naar Aruba, nu vlieg ik er vandaan. Toen schreef ik mijn eerste blog van de serie, nu schrijf ik mijn laatste. Het is gek hoe snel de tijd gaat, hoe het voorbij vliegt.
Veel tijd om terug te denken heb ik niet want voor ik het weet is het toiletbezoek van mijn gezellig aangeschoten buurman voorbij en zit hij alweer naast me. Hij steekt van wal over insuline en cola-light en dat je beter wijn kan drinken omdat dat een volledig natuurlijk product is. Onder het motto ‘practice what you preach’ bestelt hij bij de maaltijd dan ook een rode wijn. Met mijn cola light proosten we op een goede terugvlucht. Na het eten gaan de lichten in het vliegtuig uit en worden de ramen verduisterd.
Als ik straks wakker word ben ik weer bijna in Nederland. Daar staan mijn verplichtingen, mijn koffer met vuile was en mijn MRSA-kweken op me te wachten. Allemaal dingen waar ik in Aruba niet mee bezig hoefde te zijn.
Ik doe mijn ogen dicht om te gaan slapen en ik beeld me in dat ik er nog ben. Met een beetje fantasie verandert de vliegtuigvloer in warm zand onder mijn voeten, de airco wordt de zeewind die ik gisteren nog door mijn haren voelde en als ik écht hard mijn best doe dan lijkt het gesnurk van mijn buurman net op het geluid van een of ander tropisch beest.
Het was een geweldige maand die ik niet had willen missen. Het is daadwerkelijk voorbij gevlogen. Straks is het tijd om weer te landen in het alledaagse leven. Nog even fantaseer ik. Nog even vlieg ik, tot ik straks weer definitief met beide benen op de grond beland ben. Als de piloot aan het personeel mededeelt dat we er bijna zijn is het net of hij het ook tegen mij heeft. Ik moet er nu echt aan geloven, het zit erop. Straks spring ik van mijn Arubaanse wolk zo weer op Hollands vasteland. Nederland is in zicht; prepare for landing.