Psychische beleving van pijn
Tijdens mijn werk in de thuiszorg kom ik soms bijzondere situaties tegen. Zo ook van een oudere man met hevige pijn die niet te verklaren valt. Test na test geeft geen resultaat. Pas als zijn tweelingbroer overlijdt, is hij ineens verlost van de pijn.
Met het ontwaken kijk ik naar buiten en het regent. Vol goede moed toch maar het bed uit, want er staat een werkdag voor de boeg. Tijdens het lezen van de rapportage, zie ik de naam van dhr. Jassen staan. Die valt me op, want eigenlijk is hij erg zelfstandig. Samen met zijn vrouw woont hij al 18 jaar op dezelfde plek. De boodschappen doet hij nog op de fiets. Maar inmiddels heeft hij zoveel pijn in de rug dat hij niet meer uit bed kan komen.
Ik bel netjes aan en bij het openen van de deur valt mij weer iets op. Ik krijg geen goedemorgen terug. Dhr. ligt op bed te kreunen en te huilen van de pijn. Het begint in zijn lies en straalt uit naar de rug. Ik besluit in overleg met hem om de huisarts te bellen. De huisarts onderzoekt meneer, maar kan geen aanleiding vinden voor de pijnklachten. Hij wordt doorverwezen naar het ziekenhuis. Na vier uur onderzoek wordt ook daar niet bekend waar de pijn vandaan komt. Met oxycodon op zak mag meneer weer naar huis.
Wanneer ik later in de week voor de zorg weer langskom, zie ik een verwilderde dhr. Jassen. Ogen diep in zijn oogkassen, de oogleden rood en zijn verhaal is erg onsamenhangend. De oxycodon doet deze man geen goed. Tijdens de zorg wordt hij opgebeld. Zijn tweelingbroer is opgenomen en blijkt doodziek te zijn. Zijn nieren falen en de levensverwachting is een paar dagen. Dhr. Janssen wil met alle geweld naar het ziekenhuis. De pijn maakt hem niks meer uit, hij wil zijn broer zien.
Een week later kom ik weer terug voor de zorg. Dhr. Janssen is bij zijn broer geweest, die dezelfde avond nog overleed. Tot mijn verbazing is hij best wel goed gestemd. De pijn is spontaan verdwenen en hij is opgelucht dat zijn broer niet meer hoeft te lijden. “De pijn die Kees had, was onmenselijk”, vertelt hij. “Die heb ik gevoeld.” Meneer is ervan overtuigd dat hij de pijn van zijn tweelingbroer heeft gedragen en is blij dat zijn broer nu rust heeft.
Hij kijkt me aan en vraagt: “Dit vind jij zeker gek klinken?” Ik ga mee in zijn beleving en geef aan dat het best mogelijk is. Hij vertelt met een glimlach verder. Aan het einde van mijn werkdag loop ik thuis de deur uit. Het zonnetje schijnt. Dhr. Janssen fietst langs en roept met een brede glimlach: “Zo, even boodschappen doen. Geniet van je weekend Ineke!”