Wat als iemand met dementie zeer ernstig probleemgedrag vertoont, zonder een duidelijk aanwijsbare oorzaak? Dan staat het team op de afdeling D-ZEP klaar om deze mensen met open armen te ontvangen. Senior verpleegkundige Froukje vertelt over deze afdeling, waar zij dagelijks met een team werkt aan een fijner leven voor de inwoners.
Mensen met dementie die bijvoorbeeld fysieke agressie, complete overprikkeldheid of depressie ervaren, hebben een complexe behandeling nodig. Er is aangepaste begeleiding, om hen zo te helpen om te gaan met de onderliggende problemen die zij vaak zelf niet meer goed kunnen vertellen of duiden.
Werkwijze D-ZEP
Wat doet D-ZEP nou precies? Dat is eigenlijk lastig te omvatten, want het is zo ontzettend veel. Froukje vertelt: “Wij staan met een heel team voor mensen met dementie die zeer ernstig probleemgedrag vertonen en eigenlijk moeilijk te behandelen zijn op reguliere afdelingen. Op protocol proberen wij binnen drie maanden erachter te komen wat er aan de hand is. Maar in die periode bedenken wij ook handvatten die we mee kunnen geven, zodat men weer met kwaliteit van leven verder kan.” Er wordt een omgangsadvies geschreven aan de hand van alles wat is gezien en getest, wat al begint bij het eerste contact.
Veiligheid is bij D-ZEP vanaf het eerste moment het belangrijkste, voor zowel de patiënten als de verpleegkundigen. Vervolgens begint het proces. Froukje: “Het is veel observeren. Hoe is iemands houding, wat is de mimiek. Je moet alert zijn op de kleine signalen, erachter komen wat de prikkelverwerking is en waar het dan mis gaat. Hoe wij reageren en wat wij doen is altijd doordacht, dankzij de observaties en diagnostiek.” Ondertussen wordt het omgangsadvies geschreven: wat voor handelen het beste werkt in verschillende fasen, stap voor stap. “Vaak zien we ook dat het probleemgedrag contextgebonden is, dus juist de verschillende situaties beschrijven is erg belangrijk.”
Oplossingen
Out of the box denken is vaak belangrijk, benadrukt Froukje. “In plaats van denken aan wat niet kan, denken wij: wat kan wel? Daarvoor is veel overleg nodig, wat wekelijks gebeurt met het hele team. Met het multidisciplinair overleg wordt de zorg en behandeling uitgebreid geëvalueerd, zodat er verfijnd gereageerd kan worden op de situaties en behoeften van de patiënt.” Oplossingen zijn niet altijd even makkelijk, ook omdat de Wet Zorg en Dwang voor uitdagingen kan zorgen.
Juist dan is het creatief denken de oplossing. Een aangepast dwangmiddel kan een uitkomst bieden, zoals bijvoorbeeld een tentbed. Froukje: “Dit is een soort grote klamboe van gaas, die dicht zit rondom het bed. De patiënt kan zo niet dwalen, maar voelt zich niet opgesloten doordat er veel bewegingsruimte is en omdat er door het gaas heen gekeken kan worden.” Dit is slechts een van de vele oplossingen, want voor elke patiënt is maatwerk nodig.
Sommige aanpassingen zijn simpeler, maar er moet wel aan gedacht worden. Op De D-ZEP waar Froukje werkt, liggen nu bijvoorbeeld drie mensen die tot half 1 slapen, omdat ze beter gedijen op dat ritme. Dat kan natuurlijk ontzettend lastig zijn op een normale afdeling, waar alles doordraait. Dat ziet Froukje ook: “Het is moeilijk, maar het is ook interessant. Durf je het als verpleegkundige bijvoorbeeld aan om eens een wasbeurt over te slaan, als dat beter past bij iemands ritme? Moet je echt alles gedaan willen hebben, volgens een schema? Mensen hebben hun eigen ritmes, hoe mooi is het als je daarin kan meebewegen.”
Aan de eerder genoemde drie maanden hebben ze op de afdeling D-ZEP meestal niet genoeg. Bij sommige mensen komen ze er al heel snel achter wat er speelt, maar over het algemeen zijn de successen klein en subtiel. Voor de overgang van de D-ZEP terug naar de gewone afdeling wordt het omgangsadvies afgeschreven en soms draaien verpleegkundigen van de afdeling zelfs een dagje mee op de D-ZEP. Ook in de overplaatsing wordt goede begeleiding gegeven. “Als je het hebt over gedrag, kan onze blinde vlek zijn dat gedrag dat wij bij D-ZEP niet heel afwijkend vinden, op een reguliere afdeling juist wat moeilijker is om mee om te gaan. Wij proberen meestal mee te geven dat het soms de moeite waard is om te vertragen, want tijd investeren betaalt zich altijd uit,” vertelt Froukje.
Teamwork
Alle hulp die op D-ZEP geboden wordt is mogelijk dankzij het grote diverse team waarin gewerkt wordt. Van psycholoog tot fysio, alle hulp is aanwezig. Dit teamgevoel vindt Froukje mooi aan haar werk. Ook als het met jezelf even wat minder gaat, vangt het team je op. “Als je de deur binnenstapt, stap je in je professionele rol. Je bent bij de pinken, alert. Maar we zijn ook echt eerlijk met elkaar: trek ik het vandaag wel? Als het je even iets te veel wordt, zorgen we samen voor een oplossing.” Het team staat dus niet alleen klaar voor de patiënt, maar ook voor elkaar.
Soms is er meer hulp nodig dan het team zelf kan bieden, wanneer het gaat om oplossingen bedenken. Daarvoor wordt het Centrum voor Consultatie en Expertice (CCE) ingeschakeld. Het CCE is opgericht om kennis te bundelen en zorgprofessionals te ondersteunen in het vinden van nieuw perspectief, wanneer professionals vast lijken te lopen. Uiteraard gespecialiseerd in de zorg van ernstig probleemgedrag, maar ook voor langdurige en intensieve professionele zorg. Het is landelijk, laagdrempelig en gratis. Ook het team van Froukje maakt regelmatig gebruik van de kennis en laat het CCE op consultbasis meedenken en adviezen geven.
“Met de neuzen dezelfde kant op staan,” zo noemt Froukje het teamgevoel dat bij D-ZEP bestaat. “Het samen klaarstaan om de kwaliteit van leven beter te maken, daar gaat het natuurlijk om. Als team zoeken we ook echt in positiviteit naar waar we aan kunnen bijdragen. Hoe mooi is het dat je er organisatiebreed voor elkaar kan zijn.”