De afgelopen maanden werden de maatregelen steeds weer aangescherpt. Het aantal ziekenhuisopnames nam toe en er werd ruimte gemaakt voor een tweede covid-afdeling. Ik liep een dag mee en was onder de indruk. De afdeling ligt vol en je vraagt jezelf af wanneer het ophoudt. Collega’s om je heen vertellen anders moe te zijn, thuis niks meer te kunnen en moeilijk opladen voor de volgende dienst.
Vol goede moed begin je samen met een collega aan de kamers die jou zijn toegewezen. Op de afdeling word je vaak gekoppeld met een maatje. Je besluit samen op te werken. Handen zijn gedesinfecteerd, je trekt je schort aan en pakt een mondkapje en bril. Je weet dat je het vandaag weer warm gaat krijgen in het pak en dat je de hele dag je eigen lucht staat in te ademen.
Veel overleggen en anticiperen
Het gaat goed. De controles zijn in orde en de medicatie is op een paar pillen na netjes uitgezet. Belletjes gaan af.. Het zuurstofgehalte bij drie van de vijf patiënten is onder de streefwaarde gedaald. Je begint met overleggen. Zuurstof wordt opgehoogd. Misschien een ander masker? Boven de vijf liter zuurstof mag een neusbril niet meer. Over een half uur meten we opnieuw. Bij een andere patiënt mag de zuurstof weer afgebouwd worden. Continu ben je bezig met overleggen en het controleren van het zuurstofgehalte en andere parameters.
Onverwachts valt een patiënt weg. Je krijgt het reanimatiebelletje, jouw patiënt! Op de vloer zie je de patiënt in de armen van je collega liggen. De halve afdeling staat eromheen. Allemaal in een geel schort, volgens protocol. Wanneer de patiënt weer stabiel in bed ligt, begint de volgende patiënt klachten te ondervinden. Het zuurstofgehalte komt niet boven de 74%, met vijftien liter zuurstof. Artsen komen aanvliegen en weer sta je te overleggen over deze situatie. Het beleid wordt doorgenomen en alles wordt aan elkaar teruggekoppeld. De situatie verandert elke minuut, maar de communicatie is fijn. Je kan gelijk aansturen en door met je eigen handelen.
Het hoofd loopt vol
Tijd voor een koffiepauze of lunch is er niet echt. Ook tijdens deze rustmomentjes blijf je malen over wat er nog moet gebeuren. Voor de lunch is er een evaluatiemoment. Iedereen geeft tijdens dit moment aan dat ze de zorg wel redden en nu nog geen hulp nodig hebben. Voor je gevoel ben je continu aan het lopen, pak uit, mondmasker af en handen desinfecteren. Tussendoor belt de ene na de andere. Elke nieuwe patiënt betekent handschoenen wisselen, maar op een gegeven moment krijg je ze door het vocht niet meer aan. Onbewust loop je nog best vaak bij je patiënten binnen om te controleren. We houden het in de gaten! Als u mij nodig heeft mag u altijd bellen! Vragen beantwoorden we. Op deze manier raakt het hoofdje langzaam vol.
Aan het einde van de dag is het tijd voor overleg. Wie gaat rapporteren en wie zorgt ervoor dat de laatste taken afgerond worden. Gezamenlijk wordt de dag geëvalueerd. We bespreken hoe de dag soms chaotisch en rommelig verliep, maar komen tot de conclusie dat we het werk wel af hebben gekregen.
Schort uit en weer aan, mondkapjes af wanneer je een schone ruimte betreedt, telkens nieuwe handschoenen aantrekken, blijven overleggen en terugkoppelen. Op een covid-afdeling komen veel andere complicaties om de hoek kijken. Er zijn veel onvoorziene situaties maar ook leuke gesprekken. Alles gebeurt zo snel achter elkaar, soms heb je er geen grip op, maar het is mooi werk om met elkaar voor elkaar te zorgen. Blijf positief!