Jarenlang groeide ik als verpleegkundige binnen de ouderenzorg door naar verschillende functies. Ik leerde aan alle kanten bij, maar toch begon het na een tijdje te kriebelen. Ik wilde nog meer leren en besloot de hbo-masteropleiding tot verpleegkundig specialist te gaan volgen.
Al tijdens de hbo-v werkte ik met ouderen. Eerst flexte ik in verschillende verpleeghuizen als zorgassistent en later ging ik als verzorgende op een revalidatieafdeling werken. Toen ik uiteindelijk gediplomeerd verpleegkundige was had ik, zoals zovelen, het idee om in een ziekenhuis aan de slag te gaan. Dat was namelijk de plek waar het gebeurde. Toch is er altijd iets geweest dat me in de ouderenzorg heeft gehouden. Of het nou de collega’s, de doorgroeimogelijkheden of de ouderen zelf waren weet ik niet, maar ik ben blijven hangen.
Blijven leren
Als jonge verpleegkundige wilde ik het liefste zo snel mogelijk zo veel mogelijk leren. Ik wilde werkervaring opdoen en vooral niet te lang blijven hangen op één plek. Ik begon steeds meer in te zien welke mogelijkheden de ouderenzorg daarin te bieden heeft: het is niet alleen maar billen wassen en steunkousen aantrekken, het is echt vele malen complexer dan dat!
Dus zo ben ik binnen een paar jaar gewisseld van functie. Van verpleegkundige op de revalidatie-afdeling naar avond-, nacht- en weekendhoofd van het verpleeghuis, naar verpleegkundige in het specialistisch verpleegkundig team (SVT) van de organisatie. Ik leerde in de ouderenzorg veel meer dan ik aanvankelijk had verwacht.
Kiezen voor doorstuderen
Nadat ik twee jaar bij het SVT gewerkt had, en ondertussen een specialisatie had gevolgd in de palliatieve zorg, ging het opnieuw kriebelen en zocht ik naar een nieuwe uitdaging. Ik ging me verdiepen in de functie en in de opleiding van verpleegkundig specialist: een tweejarige hbo-masteropleiding. Tijdens deze opleiding word je in twee jaar klaargestoomd om te werken als behandelaar, dit kan overigens in bijna alle werkvelden.
Je leert over anatomie (veel meer in de diepte dan bij de hbo-v), over pathologie, farmacologie maar ook het praktische gedeelte zoals lichamelijk onderzoek en het voeren van gesprekken met de patiënt en familie. Dit allemaal op een heel ander niveau dan bij de opleiding tot verpleegkundige en in veel gevallen ook met een ander doel: je wordt zelfstandig behandelaar.
Waarde van de opleiding verpleegkundig specialist
Inmiddels heb ik het eerste jaar van de opleiding tot verpleegkundig specialist afgerond en ik kan zelf bijna niet geloven hoe enorm ik gegroeid ben. Omdat ik het grote plaatje veel beter kan overzien, kijk ik nu heel anders naar onze bewoners. Alles rondom de patiënt staat met elkaar in verbinding: de ziektebeelden, de medicatie, het lab en de klachten die de patiënt uit. De opleiding geeft je de mogelijkheid om dit alles met elkaar te verbinden en te zien als geheel. Als verpleegkundig specialist (in opleiding) kan ik op een heel andere wijze een bijdrage leveren aan het welzijn van onze bewoners.
Verpleegkundigen die twijfelen over het starten van de opleiding zou ik het volgende advies willen geven: de opleiding is erg waardevol maar ook intensief. Als je ervoor gaat dan moet je er ook helemaal voor gaan, met half werk kom je er niet. De aansluiting op de hbo-v is prima, tenzij je deze langere tijd geleden gevolgd hebt. Er wordt namelijk veel ingegaan op evidence based practice en het doen van een onderzoek staat centraal in het laatste semester.
Voor de opleiding is het goed als je werkervaring hebt als verpleegkundige. Er wordt minimaal twee jaar gevraagd, maar langer is denk ik prettiger. Als je het leuk vindt om meer in de medische kant van de zorg aan het werk te zijn en je verpleegkundige kant hierin te verweven, dan is dit een opleiding voor jou!