Over verslaafde mensen bestaan nog veel vooroordelen en misvattingen. De zorg die zij nodig hebben is complex en gaat vaak met vallen en opstaan. Stoppen met middelengebruik is daarom ook niet zo simpel als ‘gewoon niet meer drinken’. Verpleegkundige Nicole werkt in de verslavingszorg en deelt haar kennis.
Een paar jaar geleden heb ik na mijn afstuderen gekozen voor het werken in de verslavingszorg. Dit kwam deels omdat ik hier affiniteit mee had vanuit mijn privéleven, maar ook omdat mij dit een uitdagende doelgroep leek. En uitdagend is het zeker gebleken. Dat zit hem vooral in het goed leren kennen van mensen met verschillende achtergronden.
Verslaving is een ziekte
Een verslaving discrimineert niet. Je hebt soms te maken met hoogopgeleide mensen die door een vervelende situatie verslaafd zijn geraakt, maar ook met mensen die licht verstandelijk beperkt zijn. Hun diagnose is dezelfde: verslaafd aan middelen. Maar toch is de begeleiding dan heel anders. De cliënten verblijven op dezelfde afdeling en moeten het zes weken lang met elkaar zien te redden. Dat zorgt best weleens voor lastige situaties op een groep, waar je dan als verpleegkundige adequaat op in moet spelen.
Wat ook lastig is aan werken in de verslavingszorg is het feit dat het geregeld voorkomt dat mensen terugvallen in gebruik. En dus ook dat je ze terugziet in de kliniek. Veel mensen gaan voorbij aan het feit dat verslaving wel echt een ziekte is. Het is een stoornis die geclassificeerd staat in de DSM-5: het handboek voor de classificatie van psychiatrische stoornissen. Het stigma dat verslaving een keuze is hangt nog veel om dit ziektebeeld heen. Dat is iets waar onze cliënten dan ook veel mee te maken hebben.
Wanneer mensen verslaafd zijn, verandert er ook echt iets in het beloningssysteem van hun hersenen. Dat betekent dat af en toe een biertje drinken op het terras er voor onze cliënten vaak niet meer in zit. Nee, ook niet over een jaar. Nooit meer. Veel cliënten worstelen met de wetenschap dat zij dus de rest van hun leven volledig abstinent moet blijven. Ook als alcohol niet hun middel was. want wat we dan vaak zien ontstaan is een ‘cross-addiction’. Cliënten ruilen het ene middel in voor het andere, om het beloningssysteem te blijven prikkelen waardoor iemand die eerder verslaafd was aan cannabis bij een volgende behandeling binnenkomt vanwege problemen met alcohol.
Regelmatig ook fysieke klachten
Verslaving is een heftige stoornis die heel veel kapot maakt. De sociale structuren van een cliënt gaan vaak kapot: mensen verliezen hun baan, familiebanden lopen stuk. Maar ook het lichamelijke aspect moet niet vergeten worden. Denk hierbij vooral aan veel gebruikte middelen zoals cocaïne, waarbij na verloop van tijd iemands neus zo kapot is dat hij of zij chronisch verkouden lijkt. Of alcohol, dat letterlijk alles sloopt op zijn pad vanaf het moment dat dit stelselmatig gedronken wordt.
Deze problematiek wordt vaak uit het oog verloren. In de verslavingszorg kampen we regelmatig met mensen die er somatisch heel slecht aan toe zijn. En dat terwijl je eigenlijk een psychiatrische kliniek bent en dus niet altijd alle hulpmiddelen voor handen hebt die je hierbij nodig hebt. Zo komt het dus weleens voor dat mensen eerst moeten aansterken in een ziekenhuis voor zij überhaupt in behandeling kunnen komen voor hun verslaving.
Werken in de verslavingszorg
Ik denk dat je echt een passie moet hebben voor het werken met mensen, voordat je in de verslavingszorg aan de slag gaat. Je moet in staat zijn om heel veel geduld en begrip op te kunnen brengen voor de mensen en hun situatie. Want ook al is het niet een keuze om verslaafd te zijn, de cliënt is wel de enige die daar verandering in kan brengen. Als hulpverlener kan je niet meer doen dan tools aanreiken. De verslaafde is degene die ze uiteindelijk ook echt moet gaan gebruiken.
Het is natuurlijk fantastisch wanneer dat lukt en gelukkig komt dat vaak voor, maar tegelijkertijd zijn er ook mensen die regelmatig terugkeren naar de kliniek. Soms wel vier of vijf keer, omdat het weer niet gelukt is om clean te blijven. De kunst is dan om de draad samen weer op te pakken. Dat doe je door te ontdekken waar het dit keer is misgegaan en wat helpend kan zijn om het deze keer wel te laten lukken. Begrip en empathie is daarin heel belangrijk. Tegelijkertijd is het net zo belangrijk om iemand een spiegel voor te kunnen houden. Zo laat je diegene nadenken over de patronen waarin iemand vast zit en hoe zij deze kunnen doorbreken om een betere toekomst te krijgen.
Een vraag die ik regelmatig krijg is of ik veel te maken heb met agressie in mijn werk. Gelukkig komt dat vrijwel nooit voor. De mensen die ik behandel zijn vrijwillig opgenomen. Dat betekent dat ze weg mogen gaan wanneer ze willen. Zolang je in goed contact staat met een cliënt, je de samenwerking blijft opzoeken en iemand wijst op de eigen verantwoordelijkheden, dan kom je er samen altijd wel uit.
Leer meer over het ziektebeeld verslaving
Wil jij meer weten over het onderwerp verslaving en je verder verdiepen in dit ziektebeeld? In onze podcast De Interventie zijn we het gesprek aangegaan met verpleegkundig specialist Roshie Naseer, die werkzaam is bij kenniscentrum Jellinek. In een half uurtje vertelt zij alles over wat een verslaving is, wat jouw rol als zorgverlener hierin is en hoe je het beste om kunt gaan met mensen die verslaafd zijn. Natuurlijk kun je ‘m ook op Spotify luisteren of in Google en Apple Podcasts terugvinden.