Tien goede voornemens van een verpleegkundige
Het nieuwe jaar is begonnen, dus grote kans dat jij alle clichévoornemens alweer door je hoofd hebt laten gaan. Je kan het dit jaar ook anders doen: denk eens aan deze voornemens speciaal voor je werk.
Ik ben werkzaam in de hectiek van de ziekenhuiswereld. Mijn vaste afdeling is de oncologische maag-, darm-, leverchirurgie. Voor Nursestation schrijf ik blogs over de dingen die het verpleegkundige-zijn met zich meebrengt. Van serieuze onderwerpen over kanker tot wat luchterige onderwerpen zoals vroeg opstaan.
Het nieuwe jaar is begonnen, dus grote kans dat jij alle clichévoornemens alweer door je hoofd hebt laten gaan. Je kan het dit jaar ook anders doen: denk eens aan deze voornemens speciaal voor je werk.
De zorg hangt aan elkaar van protocollen, voorschriften en richtlijnen. Tot vandaag ontbrak er echter nog één ding. De tien zorggeboden: tips en trucs, do’s en don’ts die jou als zorgverlener een beetje houvast kunnen bieden.
Vier weken geleden zat ik ook in het vliegtuig. Toen vloog ik naar Aruba, nu vlieg ik er vandaan. Toen schreef ik mijn eerste blog van de serie, nu schrijf ik mijn laatste. Het is gek hoe snel de tijd gaat, hoe het voorbij vliegt.
Als ik ’s ochtends de afdeling op kom lopen roep ik ‘bon dia’ en als ik vertrek klinkt er een ‘ayo!’. Ik zit hier nu al drie weken en voel me al bijna een echte Arubaan.
Op dit eiland schijnt overal de zon en is het altijd zomer. Op de kentekenplaten lees je ‘One happy island’. Dat klopt ook wel, op Aruba heeft niemand ooit haast en is alles en iedereen dushi.
De gek die bedacht heeft dat het humaan was om me vijf vroege diensten achter elkaar te geven mag wat mij betreft van Aruba naar Nederland zwemmen en weer terug. Vroege diensten? Prima. Vijf achter elkaar? Niet oké!
Na zo ongeveer tien uur in het vliegtuig gezeten te hebben loop ik, met koffer en al, Aruba in. De hitte slaat als een golf over me heen en de helder blauwe lucht verblindt me. Een warm welkom, zoals ze dat dan noemen.
Als verpleegkundige aan de slag in een ziekenhuis op de Antillen, hoe vet is dat? Een collega vertelde me over haar ervaring en ik werd alsmaar enthousiaster. Nu is het eindelijk zo ver, ik zit in het vliegtuig naar Aruba.
Ik wenk mijn collega de teampost in. ʺZe is overledenʺ, zeg ik. Het voelt raar om dat te zeggen, bijna alsof het niet waar is. Maar het ís waar en ik wil het niet geloven. Ik voel tranen opwellen maar ik houd ze in.
Klinisch redeneren! Als dat aan het bed van de patiënt kan dan kan dat misschien ook hier, aan het lopend buffet. Wellicht dat die methodiek mij kan helpen met dit luxeprobleem.