Zwangere vrouwen horen bij ieder wissewasje wel iemand roepen: ‘Ah, dat zijn de hormonen hè!’ Makkelijk gezegd, maar veel mensen hebben geen idee wat die zwangerschapshormonen nou eigenlijk precies doen. Toch hebben ze een belangrijke functie. We zetten alles voor je op een rijtje.
Hoe vervelend ze ook kunnen zijn, die hormonen horen bij een gezonde zwangerschap. Ze zorgen er bijvoorbeeld voor dat je kindje groeit, de borstvoeding op gang komt en dat je lichaam voorbereid is op de bevalling. Daarnaast beschermt het je ook tegen mogelijke risico’s. Toch zal jij in eerste instantie vooral de kwaaltjes herkennen, zoals misselijkheid tijdens het eerste trimester of vaker moeten plassen.
Groeihormonen: oestrogeen
Dit hormoon ken je ongetwijfeld. Oestrogeen is namelijk hét vrouwelijke hormoon. Het helpt de foetus groeien en zorgt ervoor dat je lichaam soepeler wordt, zodat de baby genoeg ruimte heeft. Daarnaast stimuleert het ook de productie van nieuwe cellen, zoals placentacellen, borstcellen, huidcellen en haarcellen. Niet gek dus dat zwangere vrouwen altijd stralen. Toch laat oestrogeen je niet alleen maar goed voelen. Dit stofje is namelijk ook de schuldige van je stemmingswisselingen, striae, misselijkheid, grote eetlust en verminderde libido.
Het baarmoederhormoon: progesteron
Dit stofje zorgt ervoor dat je baarmoederwand in topconditie blijft tijdens een zwangerschap. Dankzij dit hormoon kan het eitje zich in de baarmoeder nestelen. Ook daarna blijft het de foetus ondersteunen. Progesteron zorgt er namelijk voor dat je kindje voedsel krijgt in de periode dat de placenta nog niet helemaal gevormd is. Bijkomend effect is wel dat het de spierspanning van bijvoorbeeld je maag, darmen en bloedvaten tijdelijk kan verminderen. Daardoor kan je onder meer last krijgen van brandend maagzuur, constipatie, vermoeidheid, spataderen en duizeligheid.
Het zwangerschapshormoon: hCG
Dankzij dit hormoon kon jij een zwangerschapstest doen, want deze is al heel vroeg op te sporen in je urine en bloed. Dankzij hCG ontdekken je eileiders dat er geen nieuwe eicellen hoeven te rijpen, want je hebt een bevruchte eicel! Tegelijkertijd zorgt het ervoor dat dat eitje goed innestelt en helpt het je kindje groeien, doordat het vet omzet in energie. Zonder hCG zou de baby niet kunnen overleven. Een heel belangrijk hormoon dus, maar helaas: ook deze gaat weer gepaard met een aantal kwaaltjes. De gevoelige borsten, hoofdpijn, vermoeidheid, zwakke blaas, stemmingswisselingen en misselijkheid heb je (mede) hieraan te danken.
Het bevallingshormoon: oxytocine
Dit hormoon ken je vast wel. Het doet je een beetje zweven, sommige mensen noemen het zelfs het ‘knuffelhormoon’. En het is ook datzelfde stofje dat aangemaakt wordt tijdens een orgasme. Klinkt als een prima hormoon om erbij te hebben, toch? Oxytocine heeft vooral aan het einde van de zwangerschap een belangrijke rol. Het gaat je lichaam namelijk klaarmaken voor de bevalling. Dankzij dit stofje komen de weeën op gang en het beperkt ook het bloedverlies tijdens de bevalling. Als je kindje eenmaal geboren is, zorgt oxytocine voor een betere hechting tussen jou en je kindje, daarnaast stimuleert het ook de afscheiding van prolactine zodra de baby op je tepel zuigt. En dat is dan weer cruciaal bij de borstvoeding.
Het borstvoedingshormoon: prolactine
Ja, prolactine dus. Dit hormoon brengt de melkstuwing op gang en zorgt er dus voor dat jij jouw kindje borstvoeding kan geven. Daarnaast blokkeert het ook de eisprong. Dit is in de eerste drie maanden volledig het geval als je om de vier uur borstvoeding geeft. Na die drie maanden is het blokkeren van de ovulatie afgenomen tot 90 procent. Dat heeft er vooral mee te maken dat de baby langer door begint te slapen en er dus meer tijd tussen de borstvoeding zit. Rond deze periode is het ook verstandig om je anticonceptie weer op te pakken.