Vroeger werd ik, als ik op feestjes vertelde wat ik voor werk deed, steevast door iedereen op mijn schouders geklopt. In koor riepen ze dan: ‘Dat jij dat kunt!’ Want er was respect voor het beroep van verzorgende en verpleegkundige, je werd er om gewaardeerd.
En dat is nog steeds zo, dat merk ik ook in de discussies van de laatste maanden over de kwaliteit van zorg, dat als deze uit de bocht dreigen te vliegen er heel expliciet waardering wordt uitgesproken voor de mensen aan het bed: ‘De verpleging kan daar niets aan doen, die bedoelt het juist goed, die holt de hele dag.’ Het is natuurlijk fijn dat tijdens heftige discussies over misstanden in de zorg patiënten en familie zien dat verzorgenden en verplegenden ondanks de werkdruk met heel veel toewijding hun werk blijven doen. Dat zij nooit de patiënt in de steek laten, met die ‘passie voor het vak’ van hen.
Want zo zijn verpleegkundigen en verzorgenden: als een verpleegkundige bij de kassa van een supermarkt een man laat voorgaan omdat die alleen maar een rolletje drop hoeft af te rekenen en als deze man dan de miljoenste klant blijkt te zijn en naar huis gaat met een geheel verzorgde reis naar de Caraïben, dan is de verpleegkundige gegarandeerd de eerste die hem feliciteert. En als een zwerver het portiek annexeert van een huis van een verzorgende, dan durf ik er wat om te verwedden, dat binnen een week de zwerver in het huis woont en de verzorgende in het portiek is gaan liggen. Ze zijn gewoon écht heel erg aardig.
Toch denk ik dat dat meebewegen, het buigen en niet barsten, bestuurders in de kaart kan spelen.
Want nu veel ouderen door wanbeleid de huishoudelijke zorg thuis moeten missen, blijken nogal wat wijkverpleegkundigen/verzorgenden dat er maar even bij te doen. Dus na een wondbehandeling, het geven van insuline en een gesprekje worden even de ramen gezeemd, wordt even de stofzuiger gepakt, even een wasje gedraaid en even de keuken gedweild. Waarna hun managers opgewonden vaststellen dat ze daar kennelijk tijd voor over hadden. Maar dat ze dat in hun vrije tijd doen wordt er niet bij vermeld. Echt heel aardig. Maar niet zo handig.
In veel verpleeghuizen wordt al jaren meer met minder gedaan. De verzorgenden daar zijn al die jaren uit liefde voor het vak doorgegaan. Ook heel aardig. Maar niet zo handig, want nu een aantal verpleeghuizen onder regie van geldgraaiende directeuren op de zwarte lijst zijn beland, worden ze verwijtend toegesproken en in de steek gelaten.
In een aantal ziekenhuizen werd tijdens de vakantieperiode een groot aantal bedden gesloten vanwege onderbezetting. Dat is heel negatief voor de productiecijfers, dat zul je begrijpen. Dus werden er alsnog gewoon bedden gevuld. En die verpleegkundigen die niet met vakantie waren en de turbo er maar weer eens op zetten? Die zeiden niets. Dat is heel erg aardig, maar niet zo verstandig van ze. Want iedereen weet dat de kans op het maken van fouten hierdoor vergroot wordt.
Door de toenemende complexiteit van zorg in verpleeghuizen blijken veel verzorgenden onvoldoende te zijn toegerust. De directies reageerden heel verbaasd op dit feit. Maar het moeten kilo’s smeltende boter op hun hoofd zijn geweest, die hun het zicht op de werkelijkheid ontnam. Want in de meeste instellingen is en wordt structureel niet geïnvesteerd in scholing. Verpleegkundigen en verzorgenden willen zich maar al te graag bijscholen, maar er blijken geen geoormerkte budgetten voor scholing aanwezig te zijn. En scholing afdwingen, dat blijkt lastig voor iemand die aardig gevonden wil worden.
Dus, aardige verpleegkundigen en verzorgenden, word nou toch eens boos. Daarmee draag je namelijk ook bij aan de kwaliteit van zorg. Durf eens nee te zeggen, ga met je hakken in het zand en met je kop in de wind, uit liefde voor je vak!